De Tweede Kamer heeft vorige week (op enkele wijzigingen na) ingestemd het wetsvoorstel van de minister op enkele wijzigingen na. De Eerste Kamer dient nog in te stemmen met het wetsvoorstel. Het is de bedoeling dat de WAB op 1 januari 2020 in werking zal treden.

Hieronder staan de belangrijkste wijzigingen:

Een extra ontslaggrond: de ‘cumulatiegrond’ maakt het mogelijk 2 of meer ontslaggronden te combineren

Met de nieuwe ontslaggrond wordt het voor een werkgever iets eenvoudiger om een werknemer te ontslaan. De nieuwe cumulatiegrond maakt het mogelijk om twee onvoldragen ontslaggronden te combineren. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de combinatie van de ontslaggrond disfunctioneren met een verstoring van de arbeidsrelatie. Als van een werkgever in redelijkheid niet meer kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst voort te zetten, dan kan de combinatiegrond worden gebruikt.

Het wordt dus eenvoudiger om een werknemer te ontslaan, maar daar staat voor een werkgever wel tegenover dat een hogere ontslagvergoeding moet worden betaald. Wanneer de rechter de arbeidsovereenkomst ontbindt op de cumulatiegrond, dan heeft hij namelijk de mogelijkheid een extra vergoeding toe te kennen aan de werknemer. Deze vergoeding kan niet meer bedragen dan maximaal de helft van de transitievergoeding. Deze extra vergoeding komt bovenop de transitievergoeding. Daarnaast blijft het mogelijk een billijke vergoeding toe te kennen wanneer er naar het naar het oordeel van de rechter sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever.

De ontslaggrond bedrijfseconomische redenen en langdurige arbeidsongeschiktheid kunnen niet worden gecombineerd met andere ontslaggronden.

Transitievergoeding is verschuldigd vanaf aanvang arbeidsovereenkomst

Op dit moment is de transitievergoeding verschuldigd wanneer de arbeidsovereenkomst twee jaar of langer heeft geduurd. Dit wordt gewijzigd. De transitievergoeding zal met inwerkingtreding van de WAB direct vanaf aanvang van de arbeidsovereenkomst verschuldigd zijn. Daar staat tegenover dat de opbouw van de transitievergoeding wordt verlaagd bij lange dienstverbanden. 

Verruiming ketenregeling

Nu luidt de ketenregeling als volgt: er mogen er maximaal 3 arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd worden gesloten in een periode van maximaal 2 jaar. Als er een periode van meer dan 6 maanden zit tussen twee arbeidsovereenkomsten, dan ontstaat er een nieuwe keten.

Met de inwerkingtreding van de WAB zal de ketenregeling worden gewijzigd. Het gaat langer duren voordat er sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Er mogen maximaal 3 arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd worden gesloten in een periode van maximaal 3 jaar. De minimale onderbreking van 6 maanden blijft gelden.

Oproepovereenkomst

De positie van de oproepkracht wordt versterkt in de WAB:

  • Een oproepkracht moet tenminste 4 dagen van te voren schriftelijk worden opgeroepen. Als dat niet wordt gedaan, dan hoef je als werknemer geen gehoor te geven aan een oproep;
  • Als een werkgever de oproep intrekt binnen 4 dagen voor aanvang van de werkzaamheden, dan heeft de werknemer nog wel recht op loondoorbetaling;
  • Indien er gedurende een jaar is gewerkt op basis van een oproepovereenkomst, dan moet de werkgever aan de oproepkracht uiterlijk in de 13e maand een aanbod doen voor een vaste arbeidsomvang. Uitgangspunt bij dit voorstel is de gemiddelde arbeidsomvang gedurende voorgaande 12 maanden.

Hogere WW-premie voor werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd

De WW-premie voor werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd zal worden verhoogd. Om het aangaan van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd voor werkgevers aantrekkelijker te maken zal een lagere WW premie gelden voor een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (de lagere WW-premie geldt niet voor oproepcontracten).

Heb je vragen over het wetsvoorstel en de eventuele gevolgen voor jou of je bedrijf, neem dan contact met BIJ op.

 

Terug naar overzicht